Pastei-publicaties

Hieronder vindt u verwijzingen naar de publicaties van Pastei.

 

2023

Richthofen en Hettema. Een ongemakkelijke visite in 1834, in Us wurk: Tydskrift foar frisistyk vol. 72 no. 3-4 (2023), pp. 99-112. (Popkema)

In 1834 trok de jonge Karl Freiherr von Richthofen studiereis door Noordwest-Duitsland en Nederland, op zoek naar middeleeuwse Friese rechtshandschriften. In Leeuwarden had hij een ogenschijnlijk ongemakkelijke ontmoeting met zijn collega Montanus Hettema. Er zijn geen contemporaine archivalia, maar we kunnen ons een beeld vormen van het verloop van het bezoek aan de hand van latere publicaties van de twee geleerden.

 

It ‘Freeska Landriucht’ (1484-86): krusende paden, op frisistyk.nl (2023). (Popkema)

Twee exemplaren van het ‘Freeska Landriucht’, het oudste Friestalige gedrukte boek (1484-86), lijken enkele eeuwen geleden elkaars pad te hebben gekruist. Daarop wijst een analyse van de patronen in de ‘rubricatie’, de wijze waarop leestekens en handgeschreven hoofdletters in een boek werden aangebracht.

 

De Narcisbinderij van meesterboekbinder Roelof Hunia (1722-1803) Onderzoek naar de Friese achttiende-eeuwse boekbanden uit de Richthofenkolleksje, in Jaarboek Nederlandse Boekgeschiedenis 30 (2023), pp. 191-217. (De Vries)

De tien middeleeuwse Friese rechtshandschriften van de Richthofenkolleksje kwamen voor het eerst samen in de collectie van de Friese notaris Petrus Wierdsma (1729-1811). Hij liet vijf boeken herbinden in versierde banden. Vier ervan kunnen worden toegeschreven aan de zgn. Friese Prijsbinderij, de vijfde aan de zgn. Narcisbinderij. Aan die laatste binderij kan de naam van de Friese meesterboekbinder Roelof Hunia gekoppeld worden.

 

‘Det is toren’ en andere vroege bezitterssporen in de Middelnedersaksische handschriften uit de Richthofenkolleksje, in Jaarverslag van de Vereniging voor Terpenonderzoek 104 (2023), Van Drenthe tot aan 't Wad. Over landschap, archeologie en geschiedenis van Noord-Nederlands. Essays ter ere van Egge Knol, pp. 187-196. (Janssen)

Fryslân en een groot deel van de provincie Groningen en Ostfriesland delen een gemeenschappelijke Friese geschiedenis. De Richthofenkolleksje is hier een prachtige belichaming van. Zes handschriften hieruit zijn van Groningse origine en vier (R 7 - R 10) zijn geheel in het Middelnedersaksisch geschreven. Dit artikel belicht de vroege eigenaren van deze vier manuscripten, alsmede enkele opmerkelijke codicologische aspecten.

 

De Richthofenkolleksje, Codicologische en inhoudelijke beschrijvingen van de tien handschriften, inclusief bezittersgeschiedenis (Onderzoeksgroep Pastei)

Van elk van de tien handschriften uit de Richthofenkolleksje heeft onderzoeksgroep Pastei een beschrijving gemaakt op het niveau van boekarcheologie, inhoud en bezittersgeschiedenis. Pastei houdt zich aanbevolen voor eventuele correcties of aanvullingen, via info@pastei.frl

 

Conditierapport Richthofencollectie (De Vries)

Een rapport over de algehele conditie van de tien handschriften uit de Richthofenkolleksje, met daarin een algemeen conserveringsadvies, bestaande uit aanbevelingen voor digitalisering en voor veilige raadpleging en tentoonstelling. Als aanvulling hierop zijn, conform het Richthofenprojectplan, ook conditierapporten opgenomen van de drie in Tresoar berustende exemplaren van de incunabel Freeska Landriucht.

 

Wer in puzelstikje fûn: eardere besitter fan R 10 bekend, in Letterhoeke 2023-1, pp. 18-19. (Onderzoeksgroep Pastei)

Hoe één pennenstreekje ons op het spoor bracht van een onbekende bezitter van "it muorblomke" van de Richthofenkolleksje: handschrift R 10.

------

2022

Twa jier Richthofenûndersyk: noch genôch te ûntdekken, in Letterhoeke 2022-3, pp. 16-17. (Onderzoeksgroep Pastei)

In mei 2020 kreeg Pastei van Tresoar de opdracht om de Richthofenkolleksje te beschrijven. Wat hebben we toch veel ontdekt de afgelopen twee jaar! Maar gelukkig blijft er nog genoeg om te ontdekken over.

 

‘Deze Friesche eerezaak moet slagen’, in Fryslân Historisch Tijdschrift, pp. 4-8. (Janssen)

Achter de naam Richthofenkolleksje gaat de grootste verzameling middeleeuwse handschriften met Oudfries recht schuil. De collectie is vernoemd naar de Silezische rechtsgeleerde Karl von Richthofen (1811-1888). Decennialang hadden de Von Richthofen's de tien handschriften in bezit. Toen de familie in de jaren 1920 aan lager wal raakte, wilden ze de collectie te gelde maken. Er ontstond een spannende strijd van biedingen, relaties en zelfs een crowdfundactie.

 

Thit sind tha keran. Ommelandse wegen van een Oudfries handschrift, in De Boekenwereld, 38 - 3 | 2022, pp. 36-43. (Onderzoeksgroep Pastei)

Over de Richthofenhandschriften R 2 en R 3 en hun relatie tot enkele hand­schriften uit het bezit van de rechtshistorische vereniging Pro Excolendo Iure Patrio. Let op: Open Access, voor medewerkers van en studenten aan de Rijksuniversiteit Groningen.

 

Richthofen en Hettema. Een ongemakkelijke visite in 1834, in: Sekeres, H. & M. Wieling (red.) Goffe Jensma. Ofskie, òfschaaid. 2022, pp 47-54. (Popkema)

In het najaar van 1834 ondernam een enthousiaste Karl von Richthofen (1811-1888) een maandenlange studiereis langs Duitse en Nederlandse bibliotheken en archieven, op zoek naar middeleeuwse Friese rechtsbronnen. In Leeuwarden wachtte hem echter een lauw onthaal...

 

Het ruitpalmetstempel. Over circulatie en vervaardiging van zestiende-eeuwse boekbandstempels, in Boekbanden. Bij het afscheid van Rens Top als conservator boekbanden van de KB, pp. 116-121. (De Vries)

De band om Inc 129 (UB Groningen), met twee titels van de Freeska Landriucht-drukkerij, is gedecoreerd met ruitpalmetstempels. Vergelijking met andere banden toont aan dat het om een gangbaar stempeltype gaat. De afdrukken op de verschillende banden wijken soms in heel kleine details van elkaar. Traditioneel wrijfselonderzoek zal dan ook niet precies genoeg zijn om te kunnen vaststellen wanneer dergelijke boekbanden bij dezelfde binderij vandaan komen.

 

Papierûndersyk wiist út: hânskrift heale iuw âlder, in Letterhoeke 2022-2, pp. 26-27. (De Vries)

Datering van middeleeuwse handschriften gebeurt voornamelijk via onderzoek naar schriftsoort, decoratie en inhoudelijke informatie. Maar er is nóg een dateringsmiddel: watermarktonderzoek. Pastei richt zich hierbij vooral op de drie minst onderzochte handschriften van de Richthofencollectie: Hs R 8, 9 en 10. Het onderzoek aan R 9, tot nu toe gedateerd als 'ca. 1600', is ondertussen afgerond en leverde een vrij nauwkeurige datering op.

 

Uit het hart, uit het oog, uit het land, in Letterhoeke 2022-1, pp. 14-15 (Janssen)

Binnen de familie Wierdsma werden de handschriften in 1858 de Richthofencollectie werden, met de warme en koude hand doorgeschonken. Uit het hart en letterlijk uit het land, om zo in één klap bij hun latere naamgever te belandden en voor Friesland voor langere tijd uit het oog te geraken.

 

On the provenance of the Old Frisian law manuscripts, in From West to North Frisia. A Journey along the North Sea Coast Frisian studies in honour of Jarich Hoekstra, pp. 273-301 (Popkema)

Dit artikel geeft een overzicht van wat we tot nu toe weten over de provenance van de zestien handschriften met Oudfries recht. Van elk afzonderlijk handschrift wordt de bezittersgeschiedenis besproken en recent onderzoek door Pastei laat nieuwe inzichten zien.

------

 

2021

Van Wierdsmacollectie tot Richthofencollectie, in Letterhoeke 2021-3, pp. 14-15 (Janssen)

De handschriften uit de Richthofencollectie zijn twee keer ter veiling aangeboden: in 1813 en in 1858, vanuit dezelfde bezittende familie Wierdsma. Wat gebeurde er op die veilingen en hoe werden deze tien handschriften uiteindelijk van Wierdsmacollectie tot Richthofencollectie?

 

It Aldfrysk: de reis wurdich 1922-2022: 100 jier ‘Richthofenkolleksje’ yn Tresoar, in De Moanne jiergong 20 // nûmer 5 // novimber 2021, pp. 52-55 (Popkema)

In 1922 bracht de Leeuwarder boekhandelaar Herman Rudolph Schaafsma de Richthofencollectie naar Fryslân. Wat heeft deze collectie betekend voor de bestudering van het Oudfries en het Oudfriese recht? En wat was de rol van Karl Freiherr von Richthofen (1811-1888) hierin?

 

Wopke Eekhoff en de Richthofencollectie, in Letterhoeke 2021-2, pp. 14-15 (Janssen)

Dankzij de Leeuwarder stadsarchivaris Wopke Eekhoff (1809-1880) heeft de Duitse rechtsgeleerde Karl Freiherr von Richthofen (1811-1888) de tien handschriften met middeleeuws Oudfries recht (a.k.a. de Richthofencollectie) kunnen kopen. Maar hoe?

 

Uitgaven, spookedities en 'lost books'. Over de quodlibeta van de Leuvense theoloog Johannes Varenacker († 1475), in De Gulden Passer, 99/1, pp. 7-53 (De Vries en Popkema)

Dit artikel bespreekt diverse bibliografische tegenstrijdigheden in ons begrip van het drukwerk van de Leuvense theoloog Johannes Varenacker († 1475). Tevens presenteren de auteurs een update van Luc Burie's overzicht uit 1977 van het ons bekende geschreven en gedrukte werk van Varenacker.
 

Iere besitter fan it Twadde Hunsinger Hânskrift, in Letterhoeke 2021-1, pp. 12-13 (Popkema)

Een tot nu toe onbekende bezitter van het Tweede Hunsingöer Handschrift (R 3) geïdentificeerd, aan de hand moderne technieken en een muziekbalk in een handschrift uit de Groninger Archieven. Zijn naam: Haro Wyncken uit Appingedam (ca. 1490 - 1563). De muziekbalk: lange tijd een raadsel. Maar niet voor Bouke Slofstra, die het in 2023 wist op te lossen.

------

 

2020

Midsiuwske Fryske rjochthânskriften, in Letterhoeke 2020-3, pp. 16-17 (De Vries)

Een tot nu toe anonieme Friese meesterboekbinder geïdentificeerd, aan de hand van de band om Codex Roorda (R 6). Zijn naam: Roelof Hunia (ca. 1722 - 1803).

------

 

2018

‘Copy destroyed’: De lotgevallen van een verdwenen incunabel, in De Gulden Passer, 96/2, pp. 261-282 (Popkema en De Vries)

Een verslag over het terugvinden van een verloren gewaand exemplaar van Johannes Vernaker’s Quodlibetum. De indulgentiis, gedrukt door de anonieme 'Drukker van het Freeska Landriucht’ [1484-1486, locatie drukkerij onbekend]. De incunabel maakte ooit deel uit van de collectie van de abdij van Averbode, maar raakte op een gegeven moment zoek - totdat...

 

Betrapt! (Popkema en De Vries)

Gastbijdrage voor het blog ‘De wereld aan boeken’, van de Universiteitsbibliotheek Groningen, afdeling Bijzondere Collecties. Over bijzondere handgeschreven en doorgestreepte signaturen in de Meditationes de passione Domini van Bonaventura, o.a. te zien in Groningen UB, Inc 129. Wat is hier eigenlijk aan de hand?

------

2017

The Freeska Landriucht (1074R): A Book from Oldersum Castle Library Retrieved, in Amsterdamer Beiträge zur älteren Germanistik, 77 1-2, pp. 333 – 347  (Popkema)

Tresoar 1074R bevat diverse zestiende-eeuwse bezitterskenmerken. Deze notities zijn zowel in Latijn als in volkstaal opgetekend en staan op een bifolium dat als misdruk voor de hoofdtekst geplaatst is. Deze kenmerken tonen aan dat de incunabel in de zestiende eeuw deel uitmaakte van de bibliotheek van het kasteel in het Oostfriese Oldersum. Sterker nog, deze kopie van het Freeska Landriucht blijkt het enige overgeleverde exemplaar uit deze bibliotheek.

------

 

2016

Misprintinge leit skiednis bleat, in Letterhoeke 2016-1 (De Vries)

Wat een misdruk prijsgeeft over de drukker en eerste verspreiding van Tresoar 1074R.

 

Pastei en it ûndersyk nei it Freeska Landriucht, in E-zine Y-skrift, 22-01-2016 (Popkema)

Wat zeggen de glossen op het voorblad van Tresoar 1074R over de bezitters- en verspreidingsgeschiedenis van dit exemplaar van Freeska Landriucht?

------

 

2015

Het oudste Friese boek en diens onbekende drukker (Janssen)

De eerste publicatie van Pastei, als gastbijdrage op de website van de universiteitsbibliotheek Utrecht, afdeling Bijzondere Collecties, naar aanleiding van een digitaliseringsverzoek van Het Freeska Landriucht in UU J oct 1112 rariora. Janssen behandelt het Freeska Landriucht (FL) en de onbekende drukker van deze incunabel in algemene zin, en in het bijzonder het exemplaar van het FL in de convoluut UU J oct 1112 rariora.

Handbibliotheek

Digitaal raadpleegbare bronnen, om ook andere boekhistorici van dienst te zijn.

 

De productie van de Freeska Landriucht Drukkerij (overgenomen uit Schouten 2001: p. 168, met aanvullingen). Met hyperlinks naar incunabelcatalogi (ISTC, USTC en GW) en naar digitale facsimile's (indien beschikbaar):

Bonaventura. Meditationes de passione Domini. Hieraan toegevoegd nog een tekst van Paus Pius II. 30 bladen. 4o. Theologische tekst. (ISTC, USTC, GW)

Casus longi cum casibus brevibus codicum. Auteur waarschijnlijk Guido de Cumis. 362 bladen, fol. Juridische tekst. (ISTC, USTC, GW)

Gobius, Johannes. Quaestiones inter Johannem Gobi et Spiritum Guidonis Toegevoegd: Oratio Beati Augustini. 14 bladen. 4o. Theologische tekst. (ISTC, USTC, GW)

Freeska Landriucht. 90 bladen. 4o. Friese juridische teksten. (ISTC, USTC, GW)

Statuta provincialia Coloniensa et synodalia Trajectensia. Statuten van het bisdom Utrecht. 46 bladen, 4o. Kerkrechtelijke tekst. (ISTC, USTC, GW)

Vernaker, Johannes. Quodlibetum de superfluis in elimosinam largiendis. De indulgentiis, qualiter sunt concecendae, et quibus, et quibus non. 18 bladen. 4o. Theologische teksten. (ISTC, USTC, GW)

------

Publicaties betreffende de Freeska Landrucht Drukkerij

Hylkje de Jong, Jan Hallebeek en Han Nijdam (eds.) (2023): Frisian Land Law: A Critical Edition and Translation of the Freeska Landriucht. In hardcover en Open Access. 

De eerste kritische teksteditie van het Freeska Landriucht met een Engelse vertaling, met bijzondere aandacht voor de Latijnse glossen.

 

Anne Popkema (2003): ‘Aspekten fan it Freeska Landriucht – Oer de edysjeferdieling fan Galama’, in: Philologia Frisica anno 2002., pp. 171-182.

Codicologische verhandeling over de productievolgorde van de negen exemplaren van het Freeska Landriucht.

 

Dennis Schouten (2001): 'Hypothese op hypothese stapelen’ Theorieën over de Freeska Landriucht-drukkerij: een overzicht', in: De boekenwereld, Jaargang 17 (2000-2001), pp. 167-194.

Een artikel over de meest gangbare theorieën over de localisatie en identificatie van de drukker van het Freeska Landriucht.

 

Franciscus Josephus (Bonaventura) Kruitwagen (1948): ‘De Freeska Landriucht-drukkerij [Friesland? omstreeks 1485- 1490]’, in: Het Boek, jaargang 29 (1947-1948), pp. 213-239.

Een artikel over de productie en identificatie van de Freeska Landriucht Drukkerij, bekeken vanuit druktechnische en andere paleotypische aspecten.